Foto: (vlnr) Lauren Graham als Lorelai Gilmore in de TV serie The Gilmore Girls, Ellen Page als Juno MacGuff in de film Juno, en Kristen Stewart als Bella Cullen-Swan in The Twilight Saga: Breaking Dawn
Inleiding tot een korte serie over tienermoeders.
Biologische gezien is een meisje vrouw en in staat tot voortplanting wanneer zij regelmatig ovuleert en voldoende borstontwikkeling heeft. Biologische primetime voor voortplanting bij de vrouw is rond 18 jaar, wanneer haar lichaam volgroeid is. De tijd tussen de eerste ovulatie en het volledig uitgegroeid zijn (puberteit) en dus ook fysiek volledig in staat zijn om gezond een zwangerschap uit te dragen, het kind te baren en te zogen, is bij de mens het langste van alle zoogdieren. Bij het bereiken van de lichamelijke volwassenheid is er een groot cultureel verschil tussen mensen over de hele wereld bij het bepalen of daarmee ook de emotionele, psychische en sociale volwassenheid is bereikt. Ook cultureel bepaald is de leeftijd waarbij het als normaal gezien wordt om voor het eerst zwanger te worden. Waar in de ene cultuur niet vreemd wordt opgekeken van 15 jarige zwangeren, wordt in andere culturen een 21 jarige nog haast tot de tienermoeders gerekend. Die culturele inschatting is voor een groot deel bepalend voor hoe de vrouw in kwestie het zwanger worden en zijn ervaart.
In onze cultuur krijgen vrouwen in de laatste decennia gemiddeld steeds ouder hun eerste kind. Toen ik in de jaren ’80 van de vorige eeuw op mijn 23ste voor het eerst zwanger was, werd dat als jong, maar niet uitzonderlijk gezien. Vrouwen die, zoals nu heel gebruikelijk is, pas rond de dertig aan kinderen begonnen werden toch al wat meewarig aan gekeken en konden tips om zwanger te worden van alle kanten gaan verwachten. De vrouw van 35 die eens mijn moedergroep bezocht werd als een ‘’oude primi’’ gezien, terwijl ze nu in een dergelijk gezelschap niet op zou vallen (Kraaijvanger, 2010). Met die verschuiving van de norm naar een hogere leeftijd voor een eerste zwangerschap verschuift ook de perceptie van wie de meeste problemen kan verwachten (Becker, 2008).
In een cultuur als de onze, waar de gemiddelde leeftijd voor een eerste zwangerschap eerder rond de dertig dan rond de twintig ligt, wordt tienerzwangerschap (alles onder de twintig) als probleem gezien. En, verbonden aan die zwangerschap, ook de baring, voeding en verzorging van het kind. Zwangere vrouwen van onder de twintig krijgen speciale zorg en begeleiding, worden meewarig bekeken en vrijwel nooit worden ze met hun aanstaande moederschap gefeliciteerd. Die zorgen zijn vooral niet-biologisch van aard, gesteld dat de vrouw niet veel jonger is dan 16 en haar lichaam volgroeid is. De problemen met een in de ogen van velen te vroege zwangerschap zijn voornamelijk maatschappelijk van aard en men vermoedt ook vaak dat een jonge vrouw dit emotioneel nog niet aan zal kunnen. Dat eerste klopt: een zwangere of moeder onder de 23 is in onze maatschappij een buitenbeentje en buitenbeentjes hebben het lastig. Het tweede, daar waag ik het oneens mee te zijn. Niet alleen het lijf is soepel op deze leeftijd, ook de geest en het temperament. De adolescentie en jong-volwassenperiode is er toch al een van veranderingen en aanpassingen en het zoeken van een plaats en manier van leven. Iemand die al een leven en een carrière heeft opgebouwd is vaak veel minder flexibel als het aankomt op het veranderen van de levensindeling.
De oplettende lezer zal hebben opgemerkt dat ik consequent spreek over een vrouw in de context van zwangerschap, baring en zorg. Op het moment dat het lijf van een meisje vrouwendingen doet houdt ze op een meisje te zijn en is ze een vrouw. En als haar emotionele en sociale ontwikkeling die stap naar vrouw-zijn nog niet had gemaakt, doet ze er goed aan die snel te maken. Een vrouwenlichaam dat volwassen vrouwendingen doet, heeft een volwassen persoonlijkheid nodig om ook goed als zodanig te kunnen functioneren. Een zwangere vrouw benaderen en behandelen als een meisje ontkent haar als persoon en doet haar potentieel als moeder geen recht. Goede voorlichting zonder betutteling zorgt ervoor dat ook een, in de ogen van onze maatschappij, jonge moeder de juiste keuzes kan maken en een goede moeder zijn. Een jong lijf is soepel en kan een normale zwangerschap en baring goed aan. Achttien maanden na haar eerste menstruatie is haar borstklierweefsel voldoende ontwikkeld om een kind volledig te voeden. Zij heeft wat dat betreft geen andere zorg nodig dan welke andere aanstaande moeder dan ook. Ze heeft wel behoefte aan acceptatie als vrouw, zwangere vrouw, moeder; als volwaardige vrouw, als capabele moeder.
Kraaijvanger T: Wat is de beste leeftijd om een baby te krijgen? 2010, scientias.nl, 2010
Becker S: Een slimme meid krijgt haar kind nog steeds op tijd. Trouw.nl, 2008
Inleiding tot een korte serie over tienermoeders.
Biologische gezien is een meisje vrouw en in staat tot voortplanting wanneer zij regelmatig ovuleert en voldoende borstontwikkeling heeft. Biologische primetime voor voortplanting bij de vrouw is rond 18 jaar, wanneer haar lichaam volgroeid is. De tijd tussen de eerste ovulatie en het volledig uitgegroeid zijn (puberteit) en dus ook fysiek volledig in staat zijn om gezond een zwangerschap uit te dragen, het kind te baren en te zogen, is bij de mens het langste van alle zoogdieren. Bij het bereiken van de lichamelijke volwassenheid is er een groot cultureel verschil tussen mensen over de hele wereld bij het bepalen of daarmee ook de emotionele, psychische en sociale volwassenheid is bereikt. Ook cultureel bepaald is de leeftijd waarbij het als normaal gezien wordt om voor het eerst zwanger te worden. Waar in de ene cultuur niet vreemd wordt opgekeken van 15 jarige zwangeren, wordt in andere culturen een 21 jarige nog haast tot de tienermoeders gerekend. Die culturele inschatting is voor een groot deel bepalend voor hoe de vrouw in kwestie het zwanger worden en zijn ervaart.
In onze cultuur krijgen vrouwen in de laatste decennia gemiddeld steeds ouder hun eerste kind. Toen ik in de jaren ’80 van de vorige eeuw op mijn 23ste voor het eerst zwanger was, werd dat als jong, maar niet uitzonderlijk gezien. Vrouwen die, zoals nu heel gebruikelijk is, pas rond de dertig aan kinderen begonnen werden toch al wat meewarig aan gekeken en konden tips om zwanger te worden van alle kanten gaan verwachten. De vrouw van 35 die eens mijn moedergroep bezocht werd als een ‘’oude primi’’ gezien, terwijl ze nu in een dergelijk gezelschap niet op zou vallen (Kraaijvanger, 2010). Met die verschuiving van de norm naar een hogere leeftijd voor een eerste zwangerschap verschuift ook de perceptie van wie de meeste problemen kan verwachten (Becker, 2008).
In een cultuur als de onze, waar de gemiddelde leeftijd voor een eerste zwangerschap eerder rond de dertig dan rond de twintig ligt, wordt tienerzwangerschap (alles onder de twintig) als probleem gezien. En, verbonden aan die zwangerschap, ook de baring, voeding en verzorging van het kind. Zwangere vrouwen van onder de twintig krijgen speciale zorg en begeleiding, worden meewarig bekeken en vrijwel nooit worden ze met hun aanstaande moederschap gefeliciteerd. Die zorgen zijn vooral niet-biologisch van aard, gesteld dat de vrouw niet veel jonger is dan 16 en haar lichaam volgroeid is. De problemen met een in de ogen van velen te vroege zwangerschap zijn voornamelijk maatschappelijk van aard en men vermoedt ook vaak dat een jonge vrouw dit emotioneel nog niet aan zal kunnen. Dat eerste klopt: een zwangere of moeder onder de 23 is in onze maatschappij een buitenbeentje en buitenbeentjes hebben het lastig. Het tweede, daar waag ik het oneens mee te zijn. Niet alleen het lijf is soepel op deze leeftijd, ook de geest en het temperament. De adolescentie en jong-volwassenperiode is er toch al een van veranderingen en aanpassingen en het zoeken van een plaats en manier van leven. Iemand die al een leven en een carrière heeft opgebouwd is vaak veel minder flexibel als het aankomt op het veranderen van de levensindeling.
De oplettende lezer zal hebben opgemerkt dat ik consequent spreek over een vrouw in de context van zwangerschap, baring en zorg. Op het moment dat het lijf van een meisje vrouwendingen doet houdt ze op een meisje te zijn en is ze een vrouw. En als haar emotionele en sociale ontwikkeling die stap naar vrouw-zijn nog niet had gemaakt, doet ze er goed aan die snel te maken. Een vrouwenlichaam dat volwassen vrouwendingen doet, heeft een volwassen persoonlijkheid nodig om ook goed als zodanig te kunnen functioneren. Een zwangere vrouw benaderen en behandelen als een meisje ontkent haar als persoon en doet haar potentieel als moeder geen recht. Goede voorlichting zonder betutteling zorgt ervoor dat ook een, in de ogen van onze maatschappij, jonge moeder de juiste keuzes kan maken en een goede moeder zijn. Een jong lijf is soepel en kan een normale zwangerschap en baring goed aan. Achttien maanden na haar eerste menstruatie is haar borstklierweefsel voldoende ontwikkeld om een kind volledig te voeden. Zij heeft wat dat betreft geen andere zorg nodig dan welke andere aanstaande moeder dan ook. Ze heeft wel behoefte aan acceptatie als vrouw, zwangere vrouw, moeder; als volwaardige vrouw, als capabele moeder.
Kraaijvanger T: Wat is de beste leeftijd om een baby te krijgen? 2010, scientias.nl, 2010
Becker S: Een slimme meid krijgt haar kind nog steeds op tijd. Trouw.nl, 2008