Een bekend merk zuigelingenvoeding adverteert zich suf met de toegevoegde oligosachariden in hun voeding-substituut. Prachtige filmbeelden waarin een super-powerbaby een gloeiend schild om zich heen heeft, klaar om de aanvallen van de Grote Boze Buitenwereld te weerstaan. Moeder zit er wat onnozel grimassend bij. Miljoenen worden gebruikt voor research en ontwikkeling en niet te vergeten reclame (miljoenen die door de absurd hoge prijs van het eindproduct moeten worden terug verdiend en verdubbeld) om een niet al te goed smakend en zwaar te verteren product te maken dat maar een fractie gelijkt op het origineel waarvan het is afgekeken en dat de potentie heeft voor het veroorzaken van allerlei min of meer ernstige aandoeningen in de nabije of verre toekomst. Het origineel is veruit superieur natuurlijk, want het lukt de arme fabrikanten maar niet om het concept ‘’kopieer eerst, verbeter dan’’ net zo goed uit te werken als sommige elektronicafabrikanten. Maar dat kun je ook niet helemaal van ze verwachten, veronderstel ik: moeders maken melk met zo’n 100 verschillende HMOs (Humane Melk Oligosachariden), maar elke moeder maakt ze een beetje anders en voor elk kind is het ook weer een beetje anders. En dan hebben we het ook nog niet eens gehad over de levende cellen en de cellen die actief ziekteverwekkers opsporen en vernietigen. Met zo’n voorsprong in samenstelling hoef je niet eens meer de moeite te nemen het voor de hand liggende te bewijzen: het substituut haalt het niet bij her origineel.
Petherick A: Development: Mother's milk: A rich opportunity. Nature, 2010, 468:s5–S7; http://www.nature.com/nature/journal/v468/n7327_supp/full/468S5a.html
Petherick A: Development: Mother's milk: A rich opportunity. Nature, 2010, 468:s5–S7; http://www.nature.com/nature/journal/v468/n7327_supp/full/468S5a.html