Het boogschieten ligt voor mij maar net nog binnen het bereik van sport. Sport heeft in mijn persoonlijke optiek altijd een element van lichamelijke inspanning. Boogschieten heeft meer lichamelijke inspanning nodig dan bijvoorbeeld schietsporten met vuurwapens, maar het is evengoed een oefening in het gebruik van een dodelijk wapen. En waar ik al moeite heb met sporten die als doel hebben het verwonden of tenminste fysiek uitschakelen van de tegenstander (vechtsporten), is een perfectionering van potentiële dodelijkheid voor mij nauwelijks te verteren.
Toch fascineert het boogschieten mij tegelijkertijd ook. En dan vooral het boogschieten met een eenvoudige boog en pijlen zonder technologische hulpmiddelen. De schutter moet daarmee zelf de boog spannen en stil houden, aanvoelen hoever de boog gespannen kan worden om de pijl optimale snelheid en precisie te geven. Het gewicht en de uitlijning van de pijl, maar ook de weersomstandigheden zijn allemaal factoren die moeten worden ingecalculeerd bij het richten en bepalen van de kracht en de richting van het schot.
Als lactatiekundige moet ik bij elke begeleiding opnieuw de boogspanning aanvoelen, berekenen, bepalen, die werkbaar is voor het moeder-kind paar waar ik op dat moment mee werk. Aan de ene kant moet je een zekere spanning vasthouden, maar aan de andere kant kan de boog niet altijd strak gespannen zijn. Zet ik er te weinig spanning op, dan is de impuls niet sterk genoeg en zal de pijl niet ver komen. Maar als ik de spanning op de boog te hoog maak of te lang vasthoud, zou de boog zomaar kunnen breken en dan valt er helemaal niets meer te schieten. Soms is het moeilijk in te schatten wat voor boog ik in handen krijg. Zo kan een kleine, dunne, kwetsbaar uitziende boog een onvermoede taaiheid en veerkracht hebben; een robuuste, stevig uitziende boog kan te weinig veerkracht hebben en breken onder druk. Soms passen boog en pijlen niet bij elkaar en moeten er aanpassingen worden gemaakt.
Een moeder moet haar ogen op het doel gericht houden. Als ze naar de boog of de pijl kijkt, of naar haar handen of naar de mensen die naast haar staan te schieten, kan ze zich niet op het doel concentreren en is de kans dat ze de roos raakt klein. Behalve kijken naar haar doel, letterlijk doelgericht bezig zijn, moet de moeder ook weten hoe het boogschieten werkt, welke principes er aan ten grondslag liggen. Met haar ogen op het doel gericht, gebruikt ze haar andere zintuigen en haar reflexen en instincten om alle andere aspecten in de gaten te houden en optimaal in te zetten om haar doel te bereiken.
Olympiade
Afbeelding: iconisch: borstvoeding als olympische prestatieZwanger zijn en vervolgens een kind baren wordt wel vergeleken met een Olympische duursport. Die Olympische prestatie wordt als het aan het lichaam van de moeder en aan de baby ligt afgerond met een lange en intensieve cooling down: borstvoeding. Ter ere van de Olympische Spelen en van de Olympische prestatie die elke vrouw levert als zij moeder wordt zolang de Spelen duren elke dag een stukje met een olympische sport als thema en afbeelding. Deze serie begon met een Proloog op 26 juli.