Foto: Cam Gigandet als Jack met een hoed als handelsmerk in Burlesque (2010)
Een hoed is een hoofddeksel. Van oorsprong naar ik aanneem letterlijk een deksel voor het hoofd: een bescherming tegen weersinvloeden of kosmische straling. Een extra stevige hoed kan een bescherming tegen stoten en slagen zijn, het heet dan een helm. Een hoed van dikker zacht materiaal, die wat nauwer het hoofd omsluit, beschermt het hoofd tegen verlies van warmte en kan ook een muts genoemd worden. Een hoed met een brede rand beschermt niet alleen het hoofd, maar ook de ogen en het gezicht tegen zonnestralen of regen; als die brede rand allen aan de voorkant zit heet de hoed pet. Hoeden kunnen ook functies buiten functionaliteit hebben. Een hoed kan een statement zijn of een machtssymbool. Een kok en een politieagent kun je herkennen aan het hoofddeksel en voor Koningin Beatrix is de Hoed een soort kroon. En dan zijn er de hoeden voor andere lichaamsdelen, zoals de vingerhoed en de tepelhoed.
Tepelhoedjes* horen bij de oudst bekende hulpmiddelen bij borstvoeding. Gedurende het overgrote deel van die historie hebben ze meer kwaad dan goed gedaan. Een tepelhoed hoort bij de beschermende soorten hoeden: het heet de tepel te beschermen tegen de vernietigende krachten van het drinkende kind, die barracuda zonder tanden, die allesverslindende demon. De oudst bekende tepelhoeden waren, net als vingerhoeden, van harde materialen zoals been, hout, zilver, tin en lood. Daar zou een kind, als hij ze al had, zijn tanden op breken. Nog afgezien van de giftige uitwerking van tin en lood, moet je ook niet denken aan de invloed van zo een hard ding tegen het kwetsbare borstweefsel. Er is geen bewijs voor, maar ik heb visioenen van borstontstekingen en abcessen. Ik neem mijn hoed af voor vrouwen die het met zulke martelwerktuigen voor elkaar kregen hun kind te voeden en het te overleven om hun verhaal te vertellen.
Modernere tepelhoedjes werden gemaakt van flexibeler materiaal, zoals rubber (eerst nog een rubber speen op een glazen schild, waardoor de mond van het kind zeker vijf centimeter van de borst verwijderd aan het drinken werd gezet), latex en uiteindelijk siliconen. Ook dik-rubberen flessenspenen met een extra groot gat werden ingezet als tepelhoed (ik kan erover meepraten, want ze probeerden dat mij ruim 30 jaar geleden ook aan te praten). Al dat dikke rubber en latex en die verwijdering deden niet veel goeds voor de transfer van melk naar de drinkende baby en de kapotte tepels werden er ook niet beter van. De melkproductie nam af tot het punt van onvoldoende voor de overleving van het kind. De dunne en ultradunne siliconen tepelhoedjes bleken uiteindelijk wel te werken in de zin dat zij de melktransfer aanzienlijk minder tot niet meer belemmerden. Toch blijft het, in de meeste gevallen, een lapmiddel dat de onderliggen oorzaken niet aanpakt.
Eén soort gebruik van tepelhoedjes is goed onderzocht en aantoonbaar heilzaam. Prematuur geboren kinderen kunnen de borst nog niet goed vasthouden en vacuüm zuigen. Ze zijn nog zwak en hebben geen vetkussentjes in de wangen die helpen bij het drinken aan de borst. Bij hen leiden tepelhoedjes tot effectievere voedingen met meer melkoverdracht. Verder is er weinig onafhankelijk onderzoek gedaan naar de effectiviteit van tepelhoedjes bij verschillende gebruiksindicaties en naar de verschillende uitkomsten van verschillende maten en modellen hoedjes. Men moet eigenlijk afgaan op de claims die de fabrikanten hun producten meegeven. Informatie van de fabrikanten is niet noodzakelijkerwijs de beste informatie die er is. Tot er beter onderzoek is, zou ik eigenlijk tepelhoedjes zo min mogelijk willen gebruiken en alleen onder begeleiding van een deskundige en wanneer andere oplossingen gefaald hebben.
Een hoed is een hoofddeksel. Van oorsprong naar ik aanneem letterlijk een deksel voor het hoofd: een bescherming tegen weersinvloeden of kosmische straling. Een extra stevige hoed kan een bescherming tegen stoten en slagen zijn, het heet dan een helm. Een hoed van dikker zacht materiaal, die wat nauwer het hoofd omsluit, beschermt het hoofd tegen verlies van warmte en kan ook een muts genoemd worden. Een hoed met een brede rand beschermt niet alleen het hoofd, maar ook de ogen en het gezicht tegen zonnestralen of regen; als die brede rand allen aan de voorkant zit heet de hoed pet. Hoeden kunnen ook functies buiten functionaliteit hebben. Een hoed kan een statement zijn of een machtssymbool. Een kok en een politieagent kun je herkennen aan het hoofddeksel en voor Koningin Beatrix is de Hoed een soort kroon. En dan zijn er de hoeden voor andere lichaamsdelen, zoals de vingerhoed en de tepelhoed.
Tepelhoedjes* horen bij de oudst bekende hulpmiddelen bij borstvoeding. Gedurende het overgrote deel van die historie hebben ze meer kwaad dan goed gedaan. Een tepelhoed hoort bij de beschermende soorten hoeden: het heet de tepel te beschermen tegen de vernietigende krachten van het drinkende kind, die barracuda zonder tanden, die allesverslindende demon. De oudst bekende tepelhoeden waren, net als vingerhoeden, van harde materialen zoals been, hout, zilver, tin en lood. Daar zou een kind, als hij ze al had, zijn tanden op breken. Nog afgezien van de giftige uitwerking van tin en lood, moet je ook niet denken aan de invloed van zo een hard ding tegen het kwetsbare borstweefsel. Er is geen bewijs voor, maar ik heb visioenen van borstontstekingen en abcessen. Ik neem mijn hoed af voor vrouwen die het met zulke martelwerktuigen voor elkaar kregen hun kind te voeden en het te overleven om hun verhaal te vertellen.
Modernere tepelhoedjes werden gemaakt van flexibeler materiaal, zoals rubber (eerst nog een rubber speen op een glazen schild, waardoor de mond van het kind zeker vijf centimeter van de borst verwijderd aan het drinken werd gezet), latex en uiteindelijk siliconen. Ook dik-rubberen flessenspenen met een extra groot gat werden ingezet als tepelhoed (ik kan erover meepraten, want ze probeerden dat mij ruim 30 jaar geleden ook aan te praten). Al dat dikke rubber en latex en die verwijdering deden niet veel goeds voor de transfer van melk naar de drinkende baby en de kapotte tepels werden er ook niet beter van. De melkproductie nam af tot het punt van onvoldoende voor de overleving van het kind. De dunne en ultradunne siliconen tepelhoedjes bleken uiteindelijk wel te werken in de zin dat zij de melktransfer aanzienlijk minder tot niet meer belemmerden. Toch blijft het, in de meeste gevallen, een lapmiddel dat de onderliggen oorzaken niet aanpakt.
Eén soort gebruik van tepelhoedjes is goed onderzocht en aantoonbaar heilzaam. Prematuur geboren kinderen kunnen de borst nog niet goed vasthouden en vacuüm zuigen. Ze zijn nog zwak en hebben geen vetkussentjes in de wangen die helpen bij het drinken aan de borst. Bij hen leiden tepelhoedjes tot effectievere voedingen met meer melkoverdracht. Verder is er weinig onafhankelijk onderzoek gedaan naar de effectiviteit van tepelhoedjes bij verschillende gebruiksindicaties en naar de verschillende uitkomsten van verschillende maten en modellen hoedjes. Men moet eigenlijk afgaan op de claims die de fabrikanten hun producten meegeven. Informatie van de fabrikanten is niet noodzakelijkerwijs de beste informatie die er is. Tot er beter onderzoek is, zou ik eigenlijk tepelhoedjes zo min mogelijk willen gebruiken en alleen onder begeleiding van een deskundige en wanneer andere oplossingen gefaald hebben.
Ondertussen zou ik zelf wel een klein onderzoekje willen opzetten. Puur een vergelijkend onderzoekje over wie waarom welke hoedjes waarvoor en hoe gebruiken. Daarvoor heb ik uw hulp nodig, lieve lezer. Ik wil een zo groot mogelijke verzameling foto’s aanleggen waarop kindjes aan de borst drinken met een tepelhoedje. Bij de foto komt de tekst ‘’Ik geef toestemming bijgaande foto te gebruiken voor studiedoeleinden.’’ en de volgende gegevens: leeftijd van het kind op de foto en bij het begin van het gebruik van het tepelhoedje; reden om met een tepelhoedje te voeden; merk, model en maat van het hoedje; manier van aanbrengen en verdere bijzonderheden. Toesturen per email naar onderzoek@eurolac.net
Ik ga met de hoed rond voor een bijdrage voor onderzoek.
*) van Veldhuizen-Staas CGA: Tepelhoedjes, 2012, online, eurolac.net. Inclusief verwijzingen naar meer bronnen en illustraties van antieke en moderne tepelhoedjes.
Ik ga met de hoed rond voor een bijdrage voor onderzoek.
*) van Veldhuizen-Staas CGA: Tepelhoedjes, 2012, online, eurolac.net. Inclusief verwijzingen naar meer bronnen en illustraties van antieke en moderne tepelhoedjes.