Foto: Albert Einstein, de goed van de tongriem gesneden geleerde
De tongriem is volgens Van Dale (2005) een "spiertje onder de tong dat soms doorgesneden wordt als het de tongbeweging belemmert". Daarmee heeft Van Dale het net even mis, het is geen spiertje, maar een velletje, een stukje bindweefsel met nauwelijks of geen doorbloeding of zenuwen. Het frenulum linguae, zoals zijn zondagse naam luidt, is het anker van de tong, dat voorkomt dat de tong in de keel zakt en tot verstikking leidt. De plaatsing, het formaat, de dikte en de flexibiliteit van het tongriempje luisteren nauw, want het moet de tong in de mond houden zonder de functionaliteit te verminderen. De tong zelf heeft vele functies, waaronder het bewegen van voedsel door de mond zodat het gekauwd en doorgeslikt kan worden, likken, zoenen en het vormen van klanken bij her spreken (articuleren). Om al die functies te kunnen uitoefenen moet de tong voor- en achteruit kunnen bewegen en heen en weer. De tong moet breed en plat gemaakt kunnen worden en tot een hol rolletje worden opgekruld. De tongpunt moet tot helemaal buiten de mond kunnen komen en daar rond de lippen cirkelen, maar ook in de mondholte elk punt kunnen aanraken van de lippen, de kaken, de wangen en het gehemelte tot ongeveer halverwege de mondholte. Als de tong dit allemaal niet kan is er sprake van functieverlies en worden compensatietechnieken ingezet om toch de gewenste handelingen uit te voeren. Vaak lukt dat wel, maar het kost behoorlijk wat extra energie en er kunnen vervormingen aan andere onderdelen van de mond ontstaan, zoals een afwijkende vorming van het gehemelte en de kaken. Door de afwijkende vorm van het gehemelte vervormt ook de neusholte wat kan leiden tot functieverlies daar en daardoor problemen met de ademhaling bijvoorbeeld. De veranderde vorm van de kaken kan leiden tot problemen met de gebitsvorming en verhoogt het risico van cariës. Onvoldoende beweeglijkheid van de tong en vooral de tongpunt leidt tot problemen met de vorming van bepaalde klanken, wat spraak en communicatie bemoeilijkt, wat op zijn beurt uiteindelijk ook een negatief effect op de schoolprestaties kan hebben. Maar de eerste problemen doen zich voor bij het eten, te beginnen met het drinken aan de borst (vaak ook bij drinken uit een fles). Een kind dat zijn tong niet breed en plat kan maken en tot over de onderlip uitsteken kan de complexe bewegingen die nodig zijn om aan de borst te drinken niet goed maken. Om dat te compenseren gaat hij zijn lippen en kaken gebruiken om zich vast te klemmen en de borst te ‘’melken’’. Vaak lukt dat en krijgt het kind voldoende melk binnen. Meestal gaat dit wel ten koste van het welzijn van zijn moeder, die ervoor moet betalen met kapotte tepels en uitermate pijnlijke voedingen. Heel vaak lukt het ook niet en krijgt het kind te weinig melk uit de borst, waardoor hij onvoldoende zal groeien en de melkproductie van zijn moeder onvoldoende stimuleert. Door het moeizame drinken kan het kind veel lucht mee slikken en daardoor last van zijn maag en darmen krijgen. Dit geldt ook voor kinderen die de fles krijgen. Later kan het onvermogen om het voedsel goed door de mond te bewegen ervoor zorgen dat eten onvoldoende gekauwd in de maag komt en voor meer problemen met de spijsvertering gaat zorgen, variërend van reflux tot krampen en verstoorde stoelgang. (Een te krap riempje van de bovenlip kan tot vergelijkbare problemen leiden.)
Het indiceren en behandelen van ankyloglossia (een te korte tongriem) is simpel en het ervan uitgevoerd krijgen door ouders is moeilijk. Een vreemde tegenstelling waarvoor de oorzaak in nevelen gehuld is. Het indiceren van behandeling is eenvoudig, er zijn hulpmiddelen voor, die verschillende soorten ankyloglossia definiëren en categoriseren, maar eenvoudiger is het om af te gaan op functionaliteit en functieverlies. Wanneer een te korte tongriem geen problemen geeft bij het drinken, de moeder geen kapotte tepels en/of pijn bij het voeden heeft en het kind naar verwachting groeit is behandeling niet noodzakelijk. Als het kind problemen heeft met drinken, moeder heeft kapotte tepels en/of pijn bij het voeden en/of het kind groeit niet naar behoren dan is behandeling aan te raden. Ook de behandeling is over het algemeen simpel: de tongriem is in de meeste gevallen een niet tot nauwelijks doorbloed stukje bindweefsel, wat eenvoudig is te knippen of snijden. Dat gewoon in de spreekkamer, verdoving is niet nodig. Direct na het knippen wordt het kind aan de borst gelegd. Het kan handig zijn wanneer de ouders gedurende een week volgend op de knip dagelijks de tong enkele keren wat oefenen om te voorkomen dat de knip weer helemaal dichtgroeit. Om als ouders het voor elkaar te krijgen dat een problemen gevend tongriempje daadwerkelijk wordt behandeld is soms meer creativiteit nodig. Borstvoeding.com geeft een overzicht van zorgverleners die kunnen helpen als de huisarts, kinderarts, tandarts of verloskundige in de eigen regio het niet doet.
Care after lingual and maxillary lip ties have been revised for breast feeding infants (filmpje)
Meer over het hoe, waarom en door wie knippen van tongriempjes op borstvoeding.com (artikelen)
JN Davis, SE Whaley… - The American Journal of …, 2012 - Am Soc Nutrition
Frenotomy improves breastfeeding immediately in neonates with ankyloglossia.
V Suter - The Journal of pediatrics, 2012 - ncbi.nlm.nih.gov
Buryk M, Bloom D, Shope T: Efficacy of neonatal release of ankyloglossia: a randomized trial. Pediatrics. 2011 Aug;128(2):280-8. Epub 2011 Jul 18.
Edmunds J, Miles SC, Fulbrook P: Tongue-tie and breastfeeding: a review of the literature. Breastfeed Rev. 2011 Mar;19(1):19-26.