Foto: Whoopi Goldberg(r) en Lanei Chapman(l) in Ratrace
Eigenlijk viel het wel te verwachten. Het is per slot een technosite. Als techno’s het over voeding en verzorging hebben gaan ze van techno uit. Uiteraard. techniek en natuur staan niet op heel goede voet met elkaar. Zelfs een techno-ethicus-filosoof zou daarvan in de knoop raken. En dus verschijnt het zoveelste tranentrekkende verhaal over zielige door schuldgevoel overladen moeders bij wie de natuur niet werkte en die dus moesten uitwijken naar de techniek. Een verhaal waarin op een heel pre-technologische-tijd manier de brenger van de onaangename gevoelens veroorzakende boodschap de schuld krijgt en veroordeeld wordt. De echte problemen liggen uiteraard niet bij de brengers van de boodschap. Ook niet bij de borstvoeding zelf. Zelfs niet bij de vrouwen bij het allemaal niet lukt; zij doen immers hun stinkende best en dan nog wat. Het probleem ligt, om het maar breed te nemen, in de maatschappij. Die van ons is vrouw-, kind- en borstvoedingonvriendelijk. Vrouwonvriendelijk. Ja. Dus. Zelfs mainstream feminisme is vrouwonvriendelijk. Om erbij te horen moeten vrouwen zich als mannen langs de carrièreladder omhoog vechten; likken naar boven en stampen naar onder, mee in de ratrace. Vooral ook stampen naar andere vrouwen die andere keuzes maken. Geen kinderen krijgen, of er in elk geval niet zelf voor zorgen (om ook maar eens kort door de bocht te gaan). Kindonvriendelijk. Uitermate kindonvriendelijk, ondanks alle speciale voorzieningen voor kinderen. Of juist vanwege alle speciale kindervoorzieningen. Want kinderen hoor je niet te zien en te horen; die moeten zo snel mogelijk zelfstandig en volwassen zijn, zodat ze mee kunnen in de ratrace. Kindonvriendelijk omdat de gemiddelde ouder en arts of verpleegkundige geen flauw idee schijnt te hebben hoe een kind in elkaar steekt en hoe zij functioneert. Kinderen worden al als baby in keurslijven (soms ook heel letterlijk) gepropt om te voldoen aan de volslagen onrealistische verwachtingen die er over hen leven. Borstvoedingonvriendelijk door de combinatie van de vorige twee, maar ook door de overseksualisering van borsten in combinatie met een toenemende, epidemische vormen aannemende angst voor seks. Een vreemde spagaat tussen tussen overseksualisering en preutsheid. In een wereld waar pushup beha’s, strings en kruisloze onderbroekjes in maten voor 7-8 jarige meisjes worden verkocht; waar borsten, buiken, billen worden geshowd op een manier waar het bij een man exhibitionisme zou heten en waar borsten alles verkopen, in zo’n wereld past borstvoeding niet. En dus lukt borstvoeding niet. Voor mensenvrouwen is lacteren, net als voor mensaapvrouwen, een aangeboren vermogen (echt waar, voor minimaal 99% van alle vrouwen die een kind kunnen dragen en baren), maar borstvoeding geven is een aangeleerde vaardigheid. Iets dat je moet afkijken en oefenen. Waar vaak hulp bij nodig is in het begin. Waar een baby bij nodig is die zijn instincten mag volgen. En zorgverleners die weten waar ze mee bezig zijn.
Tot mijn verbazing moet ik nu toegeven dat ik het met een deel van het artikel op Technologie als ons toch eens ben: borstvoeding promotie kan best een beetje minder. Je kan namelijk pas dingen promoten als je ook kan zorgen dat de belofte waar kan worden gemaakt. Om zo’n belofte waar te kunnen maken, moet je er volledig achter staan, zonder mitsen en maren; moet je weten hoe het werkt, weten hoe de partners elk afzonderlijk en in samenspel werken. En vooral moet je bereid zijn tijd, energie, echte kennis (niet de decennialang gecumuleerde brainwash-kennis van de kunstvoeding industrie) en vaardigheden in te zetten om het te laten werken. Dan zal borstvoeding gewoon gaan lukken bij de overgrote meerderheid van vrouwen die daarvoor kiest. En vrouwen die er om te beginnen niet voor kiezen om borstvoeding te geven? Die moeten dat ook vooral niet doen. En er zich niet schuldig om voelen. En niet een ander beschuldigen van schuldgevoel aanpraten.
Eigenlijk viel het wel te verwachten. Het is per slot een technosite. Als techno’s het over voeding en verzorging hebben gaan ze van techno uit. Uiteraard. techniek en natuur staan niet op heel goede voet met elkaar. Zelfs een techno-ethicus-filosoof zou daarvan in de knoop raken. En dus verschijnt het zoveelste tranentrekkende verhaal over zielige door schuldgevoel overladen moeders bij wie de natuur niet werkte en die dus moesten uitwijken naar de techniek. Een verhaal waarin op een heel pre-technologische-tijd manier de brenger van de onaangename gevoelens veroorzakende boodschap de schuld krijgt en veroordeeld wordt. De echte problemen liggen uiteraard niet bij de brengers van de boodschap. Ook niet bij de borstvoeding zelf. Zelfs niet bij de vrouwen bij het allemaal niet lukt; zij doen immers hun stinkende best en dan nog wat. Het probleem ligt, om het maar breed te nemen, in de maatschappij. Die van ons is vrouw-, kind- en borstvoedingonvriendelijk. Vrouwonvriendelijk. Ja. Dus. Zelfs mainstream feminisme is vrouwonvriendelijk. Om erbij te horen moeten vrouwen zich als mannen langs de carrièreladder omhoog vechten; likken naar boven en stampen naar onder, mee in de ratrace. Vooral ook stampen naar andere vrouwen die andere keuzes maken. Geen kinderen krijgen, of er in elk geval niet zelf voor zorgen (om ook maar eens kort door de bocht te gaan). Kindonvriendelijk. Uitermate kindonvriendelijk, ondanks alle speciale voorzieningen voor kinderen. Of juist vanwege alle speciale kindervoorzieningen. Want kinderen hoor je niet te zien en te horen; die moeten zo snel mogelijk zelfstandig en volwassen zijn, zodat ze mee kunnen in de ratrace. Kindonvriendelijk omdat de gemiddelde ouder en arts of verpleegkundige geen flauw idee schijnt te hebben hoe een kind in elkaar steekt en hoe zij functioneert. Kinderen worden al als baby in keurslijven (soms ook heel letterlijk) gepropt om te voldoen aan de volslagen onrealistische verwachtingen die er over hen leven. Borstvoedingonvriendelijk door de combinatie van de vorige twee, maar ook door de overseksualisering van borsten in combinatie met een toenemende, epidemische vormen aannemende angst voor seks. Een vreemde spagaat tussen tussen overseksualisering en preutsheid. In een wereld waar pushup beha’s, strings en kruisloze onderbroekjes in maten voor 7-8 jarige meisjes worden verkocht; waar borsten, buiken, billen worden geshowd op een manier waar het bij een man exhibitionisme zou heten en waar borsten alles verkopen, in zo’n wereld past borstvoeding niet. En dus lukt borstvoeding niet. Voor mensenvrouwen is lacteren, net als voor mensaapvrouwen, een aangeboren vermogen (echt waar, voor minimaal 99% van alle vrouwen die een kind kunnen dragen en baren), maar borstvoeding geven is een aangeleerde vaardigheid. Iets dat je moet afkijken en oefenen. Waar vaak hulp bij nodig is in het begin. Waar een baby bij nodig is die zijn instincten mag volgen. En zorgverleners die weten waar ze mee bezig zijn.
Tot mijn verbazing moet ik nu toegeven dat ik het met een deel van het artikel op Technologie als ons toch eens ben: borstvoeding promotie kan best een beetje minder. Je kan namelijk pas dingen promoten als je ook kan zorgen dat de belofte waar kan worden gemaakt. Om zo’n belofte waar te kunnen maken, moet je er volledig achter staan, zonder mitsen en maren; moet je weten hoe het werkt, weten hoe de partners elk afzonderlijk en in samenspel werken. En vooral moet je bereid zijn tijd, energie, echte kennis (niet de decennialang gecumuleerde brainwash-kennis van de kunstvoeding industrie) en vaardigheden in te zetten om het te laten werken. Dan zal borstvoeding gewoon gaan lukken bij de overgrote meerderheid van vrouwen die daarvoor kiest. En vrouwen die er om te beginnen niet voor kiezen om borstvoeding te geven? Die moeten dat ook vooral niet doen. En er zich niet schuldig om voelen. En niet een ander beschuldigen van schuldgevoel aanpraten.