Foto: Licia Ronzulli, lid van het Europese Parlement voor Italië, stemt terwijl haar kindje in de draagdoek overal doorheen slaapt.
Wereldwijd is borstvoeding de meest functionele methode om conceptie te voorkomen. Toch is het geen goed idee voor koppels die echt voorlopig nog geen volgend kind willen krijgen helemaal op borstvoeding te vertrouwen. Daarvoor spelen er te veel factoren mee die een invloed kunnen hebben op de terugkeer van de vruchtbaarheid na de geboorte van een kind. Vrouwen die geen borstvoeding geven en die geen middelen gebruiken om de melkproductie te belemmeren ovuleren over het algemeen na minimaal 6 weken de geboorte (range 45-94 dagen). Afhankelijk van het onderzoek (volgens de systematische review van Jackson en Glasier, 2011) bleek bij tussen 20 en 70% van de vrouwen een ovulatie aan de eerste menstruatie vooraf te gaan, waarbij, ook weer afhankelijk van het onderzoek, tussen 0 en 60% van deze ovulaties vruchtbaar waren. Bij vrouwen die wel borstvoeding geven liggen die cijfers heel anders. De Lacatatie Amenorroe Methode (LAM) gaat ervan uit dat vrouwen die minder dan 6 maanden postpartum zijn, nog niet hebben gemenstrueerd, uitsluitende borstvoeding geven en minimaal elke vier uur voeden niet vruchtbaar zijn. De betrouwbaarheid indien aan al deze factoren wordt voldaan is rond 97-99%. Het venijn zit als zo vaak in het staartje: aan alle factoren moet worden voldaan. Een betrouwbaarheid van 99-99,5% kan worden bereikt door het toepassen van Ecologisch Borstvoeden (Sheila Kippling, CCP*). EB versterkt de minimale eisen van LAM door te stellen dat elke 4 uur voeden het absolute minimum is, voeden niet alleen als eten, maar ook als troost en om alle andere mogelijke redenen nodig is, geen spenen, fopspenen of vingers als zuigobject worden gegeven, noch ander voedsel of drinken dan borstvoeding en dat moeder en kind vrijwel constant in elkaars directe fysieke nabijheid moeten zijn, dag en nacht. Zodra er na een maand of 6 op natuurlijke wijze nu en dan fysieke verwijdering komt tussen moeder en kind en ander eten wordt aangeboren vervalt de bijna absolute bescherming door borstvoeding.
Voor de dagdagelijkse praktijk van de doorsnee Westerse moeder is dat over het algemeen moeilijk uitvoerbaar. De meeste vrouwen moeten binnen die zes maanden weer aan het werk (met maar enkele landen als uitzondering), waarbij meenemen van het kind over het algemeen als onmogelijk wordt gezien (het Europese Parlement biedt een uitzondering). Afkolven van moedermelk, zelfs als dat zeer frequent gebeurt, heeft niet de zelfde werking op de vruchtbaarheid status als direct voeden. Waarschijnlijk is het ontbreken van de fysieke nabijheid daarbij ook een factor. Zelfs wanneer moeder niet weer gaat werken en daarbij gescheiden is van haar kind, vinden veel moeders het een hele opgave om hun kind de hele dag tegen hun lijf aan te hebben. Voeden om de haverklap en dan eens ondervindt eveneens veel weerstand, is het niet van moeder zelf, dan toch van de mensen om haar heen. Het idee dat borstvoeding niet alleen eten geven is, maar ook koestering, accu-opladen, zuigbehoefte voldoen, mama-honger-stillen en nog zo wat zaken is een voor velen toch nog moeilijk te aanvaarden concept. Al snel wordt toch geschermd met begrippen als verwennen en emo-eten.
Een vrijwel onoverkomelijk struikelblok is de zeer zware van overheidswege gestuurde anti-samen-slapen campagne. Die campagne is zo succesvol dat de meeste ouders letterlijk doodsbang zijn om zich zelfs maar voor te stellen dat hun kind bij hun bed in de buurt komt. Dat is erg jammer, want dat absolute verbod op het bij zich in bed nemen van kinderen leidt tot onnodige onrust bij kinderen, onnodige angst bij ouders en onnodige vermoeidheid door gebroken nachten. En tot het veel vroeger dan nodig terugkeren van de vruchtbaarheid. Onnodig, want kinderen die onder de juiste condities het bed delen met hun moeder lopen helemaal niet meer risico te overlijden dan kinderen die alleen in een bedje slapen**.
Wanneer de regels voor LAM maar net of net niet worden gehaald, wordt de terugkeer van de vruchtbaarheid voornamelijk verder bepaald door persoonlijke aanleg en voedingstoestand: hoe rijker de voeding aan eiwitten en vetten, hoe eerder een vrouw weer vruchtbaar is. Hoe kariger de voeding, hoe langer de vruchtbaarheid uitblijft. Oudere leeftijd en meer voorgaande zwangerschappen lijken de duur tot terugkeer van de vruchtbaarheid te verlengen.
Jackson E, Glasier A: Return of Ovulation and Menses in Postpartum Nonlactating Women: A Systematic Review. Obstetrics & Gynecology: 2011, 117(3):657-662
*) Couple to Couple League
**) Meer Eurolac Flitsen met de labels co-sleeping, samen slapen, bed-sharing en slaapcondities
Eurolac.net over seksualiteit en vruchtbaarheid
Wereldwijd is borstvoeding de meest functionele methode om conceptie te voorkomen. Toch is het geen goed idee voor koppels die echt voorlopig nog geen volgend kind willen krijgen helemaal op borstvoeding te vertrouwen. Daarvoor spelen er te veel factoren mee die een invloed kunnen hebben op de terugkeer van de vruchtbaarheid na de geboorte van een kind. Vrouwen die geen borstvoeding geven en die geen middelen gebruiken om de melkproductie te belemmeren ovuleren over het algemeen na minimaal 6 weken de geboorte (range 45-94 dagen). Afhankelijk van het onderzoek (volgens de systematische review van Jackson en Glasier, 2011) bleek bij tussen 20 en 70% van de vrouwen een ovulatie aan de eerste menstruatie vooraf te gaan, waarbij, ook weer afhankelijk van het onderzoek, tussen 0 en 60% van deze ovulaties vruchtbaar waren. Bij vrouwen die wel borstvoeding geven liggen die cijfers heel anders. De Lacatatie Amenorroe Methode (LAM) gaat ervan uit dat vrouwen die minder dan 6 maanden postpartum zijn, nog niet hebben gemenstrueerd, uitsluitende borstvoeding geven en minimaal elke vier uur voeden niet vruchtbaar zijn. De betrouwbaarheid indien aan al deze factoren wordt voldaan is rond 97-99%. Het venijn zit als zo vaak in het staartje: aan alle factoren moet worden voldaan. Een betrouwbaarheid van 99-99,5% kan worden bereikt door het toepassen van Ecologisch Borstvoeden (Sheila Kippling, CCP*). EB versterkt de minimale eisen van LAM door te stellen dat elke 4 uur voeden het absolute minimum is, voeden niet alleen als eten, maar ook als troost en om alle andere mogelijke redenen nodig is, geen spenen, fopspenen of vingers als zuigobject worden gegeven, noch ander voedsel of drinken dan borstvoeding en dat moeder en kind vrijwel constant in elkaars directe fysieke nabijheid moeten zijn, dag en nacht. Zodra er na een maand of 6 op natuurlijke wijze nu en dan fysieke verwijdering komt tussen moeder en kind en ander eten wordt aangeboren vervalt de bijna absolute bescherming door borstvoeding.
Voor de dagdagelijkse praktijk van de doorsnee Westerse moeder is dat over het algemeen moeilijk uitvoerbaar. De meeste vrouwen moeten binnen die zes maanden weer aan het werk (met maar enkele landen als uitzondering), waarbij meenemen van het kind over het algemeen als onmogelijk wordt gezien (het Europese Parlement biedt een uitzondering). Afkolven van moedermelk, zelfs als dat zeer frequent gebeurt, heeft niet de zelfde werking op de vruchtbaarheid status als direct voeden. Waarschijnlijk is het ontbreken van de fysieke nabijheid daarbij ook een factor. Zelfs wanneer moeder niet weer gaat werken en daarbij gescheiden is van haar kind, vinden veel moeders het een hele opgave om hun kind de hele dag tegen hun lijf aan te hebben. Voeden om de haverklap en dan eens ondervindt eveneens veel weerstand, is het niet van moeder zelf, dan toch van de mensen om haar heen. Het idee dat borstvoeding niet alleen eten geven is, maar ook koestering, accu-opladen, zuigbehoefte voldoen, mama-honger-stillen en nog zo wat zaken is een voor velen toch nog moeilijk te aanvaarden concept. Al snel wordt toch geschermd met begrippen als verwennen en emo-eten.
Een vrijwel onoverkomelijk struikelblok is de zeer zware van overheidswege gestuurde anti-samen-slapen campagne. Die campagne is zo succesvol dat de meeste ouders letterlijk doodsbang zijn om zich zelfs maar voor te stellen dat hun kind bij hun bed in de buurt komt. Dat is erg jammer, want dat absolute verbod op het bij zich in bed nemen van kinderen leidt tot onnodige onrust bij kinderen, onnodige angst bij ouders en onnodige vermoeidheid door gebroken nachten. En tot het veel vroeger dan nodig terugkeren van de vruchtbaarheid. Onnodig, want kinderen die onder de juiste condities het bed delen met hun moeder lopen helemaal niet meer risico te overlijden dan kinderen die alleen in een bedje slapen**.
Wanneer de regels voor LAM maar net of net niet worden gehaald, wordt de terugkeer van de vruchtbaarheid voornamelijk verder bepaald door persoonlijke aanleg en voedingstoestand: hoe rijker de voeding aan eiwitten en vetten, hoe eerder een vrouw weer vruchtbaar is. Hoe kariger de voeding, hoe langer de vruchtbaarheid uitblijft. Oudere leeftijd en meer voorgaande zwangerschappen lijken de duur tot terugkeer van de vruchtbaarheid te verlengen.
Jackson E, Glasier A: Return of Ovulation and Menses in Postpartum Nonlactating Women: A Systematic Review. Obstetrics & Gynecology: 2011, 117(3):657-662
*) Couple to Couple League
**) Meer Eurolac Flitsen met de labels co-sleeping, samen slapen, bed-sharing en slaapcondities
Eurolac.net over seksualiteit en vruchtbaarheid