Een uni- en multivariabele analyse (Volpe Holmes et al, 2011) van de Amerikaanse voeding en gezondheidsstatistieken toonde aan dat de combinatie van borst- en kunstvoeding in de eerste levensweek leidt tot minder lang borstvoeding in de totale bevolking, maar niet in de Hispanic en African American subgroepen. Dat lijkt erop te wijzen dat de effecten van verschillen in borstvoeding beleid sterk sub-cultureel bepaald kunnen zijn. Variaties op de norm die worden geacht een negatief effect te hebben op de kwaliteit en duur van de borstvoedingperiode, kunnen dat effect niet of minder laten zien wanneer die variatie in de eigen subcultuur acceptabel of als norm wordt gezien.
In alle etnische groepen bleek gemengde voeding of kunstvoeding in vergelijking met minimaal 4 maanden uitsluitend borstvoeding het risico van obesitas tussen 2 en 6 jaar te vergroten. (Ook Metzger & McDade, 2010, tonen in een heel ander soort onderzoek de link tussen geen borstvoeding en meer obesitas aan.) In deze analyse werd alleen de factor overgewicht meegenomen in de resultaten, maar eerdere onderzoeken tonen ook voor andere ziekten en aandoeningen een dosis-gerelateerde samenhang: niet alleen de totale duur van borstvoeding is belangrijk, ook de duur van exclusief borstvoeding heeft effect op de uiteindelijke gezondheid.
Met de uit de pan rijzende kosten voor gezondheidszorg staat, naar eigen zeggen, preventie hoog in het vaandel bij de overheid. Want, immers, wie niet ziek wordt behoeft ook geen dure behandeling. En dus kun je van je verzekeraar een bepaald soort spijsolie en daarvan gemaakte vette producten vergoed krijgen, omdat die naar het schijnt gunstig voor het cholesterol zijn. (Terwijl mensen die als kind borstvoeding hebben gehad een van nature gezondere cholesterol huishouding hebben.) Ondertussen gaat de gemeente Amsterdam in zee met nota bene de grootste fabrikant van dikmakende producten, die die producten ook nog eens met misleidende en agressieve reclame aan de man brengt en wordt er in Den Haag en Brussel serieus geluisterd naar de lobby van kunstvoedingfabrikanten om de wetgeving aangaande reclame voor borstvoedingvervangers te versoepelen. De stem van het grote geld schreeuwt hard en nadrukkelijk en belooft gouden bergen; de stem van gezondheidsbevordering wordt daardoor succesvol gedempt. Borstvoeding bevorderen, ja dat is een goed idee, maar het mag niks kosten natuurlijk, liever nog kregen we er geld op toe, net als van de kunstvoeding- en junk-foodproducenten. Investeren in betere begeleiding van borstvoeding? Ja, dat zouden we wel willen, maar dat is toch eigenlijk meer een taak van de zorgopleidingen, die moeten gewoon betere zorgverleners afleveren. Wat zegt u, lactatiekundige zorg vergoeden? Borstvoeding hulpmiddelen vergoeden? Maar dat kost geld, hoor. Ja, overheid: de kost gaat voor de baat. En heus: investeren in gezonde voeding voor zuigelingen, die niet door de groot-geldindustrie wordt gemaakt en geleverd, maar door moeders, levert uiteindelijk grote besparingen in de gezondheidszorg op. Toegegeven, dat vergt enig lange termijn denken en wat rekenkundige vaardigheid, mogelijk niet uw sterkste kanten. Laat u dan voorlichten door echte deskundigen: economen en niet-industrie-gesponsorde onderzoekers die terzake kundig zijn. En, nee, inderdaad, dat levert u op dit moment geen leuke douceurtjes op. Helaas heeft de gezondheidsbevorderende lobby daarvoor geen fondsen. Maar we kunnen u wel gouden bergen beloven, die uiteindelijk nog wel eens waar zouden kunnen worden ook.
In alle etnische groepen bleek gemengde voeding of kunstvoeding in vergelijking met minimaal 4 maanden uitsluitend borstvoeding het risico van obesitas tussen 2 en 6 jaar te vergroten. (Ook Metzger & McDade, 2010, tonen in een heel ander soort onderzoek de link tussen geen borstvoeding en meer obesitas aan.) In deze analyse werd alleen de factor overgewicht meegenomen in de resultaten, maar eerdere onderzoeken tonen ook voor andere ziekten en aandoeningen een dosis-gerelateerde samenhang: niet alleen de totale duur van borstvoeding is belangrijk, ook de duur van exclusief borstvoeding heeft effect op de uiteindelijke gezondheid.
Met de uit de pan rijzende kosten voor gezondheidszorg staat, naar eigen zeggen, preventie hoog in het vaandel bij de overheid. Want, immers, wie niet ziek wordt behoeft ook geen dure behandeling. En dus kun je van je verzekeraar een bepaald soort spijsolie en daarvan gemaakte vette producten vergoed krijgen, omdat die naar het schijnt gunstig voor het cholesterol zijn. (Terwijl mensen die als kind borstvoeding hebben gehad een van nature gezondere cholesterol huishouding hebben.) Ondertussen gaat de gemeente Amsterdam in zee met nota bene de grootste fabrikant van dikmakende producten, die die producten ook nog eens met misleidende en agressieve reclame aan de man brengt en wordt er in Den Haag en Brussel serieus geluisterd naar de lobby van kunstvoedingfabrikanten om de wetgeving aangaande reclame voor borstvoedingvervangers te versoepelen. De stem van het grote geld schreeuwt hard en nadrukkelijk en belooft gouden bergen; de stem van gezondheidsbevordering wordt daardoor succesvol gedempt. Borstvoeding bevorderen, ja dat is een goed idee, maar het mag niks kosten natuurlijk, liever nog kregen we er geld op toe, net als van de kunstvoeding- en junk-foodproducenten. Investeren in betere begeleiding van borstvoeding? Ja, dat zouden we wel willen, maar dat is toch eigenlijk meer een taak van de zorgopleidingen, die moeten gewoon betere zorgverleners afleveren. Wat zegt u, lactatiekundige zorg vergoeden? Borstvoeding hulpmiddelen vergoeden? Maar dat kost geld, hoor. Ja, overheid: de kost gaat voor de baat. En heus: investeren in gezonde voeding voor zuigelingen, die niet door de groot-geldindustrie wordt gemaakt en geleverd, maar door moeders, levert uiteindelijk grote besparingen in de gezondheidszorg op. Toegegeven, dat vergt enig lange termijn denken en wat rekenkundige vaardigheid, mogelijk niet uw sterkste kanten. Laat u dan voorlichten door echte deskundigen: economen en niet-industrie-gesponsorde onderzoekers die terzake kundig zijn. En, nee, inderdaad, dat levert u op dit moment geen leuke douceurtjes op. Helaas heeft de gezondheidsbevorderende lobby daarvoor geen fondsen. Maar we kunnen u wel gouden bergen beloven, die uiteindelijk nog wel eens waar zouden kunnen worden ook.
Volpe Holmes A, Auinger P, Howard CR: Combination Feeding of Breast Milk and Formula: Evidence for Shorter Breast-Feeding Duration from the National Health and Nutrition Examination Survey, The Journal of Pediatrics, Volume 159, Issue 2, August 2011, Pages 186-191, ISSN 0022-3476, DOI: 10.1016/j.jpeds.2011.02.006.
Metzger MW, McDade TW: Breastfeeding as obesity prevention in the United States: A sibling difference model. Am. J. Hum. Biol. 2010, 22(3):291-296.
Metzger MW, McDade TW: Breastfeeding as obesity prevention in the United States: A sibling difference model. Am. J. Hum. Biol. 2010, 22(3):291-296.