Foto: Belgisch bier van de tap
Volgens de echte bierdrinkers in mijn omgeving gaat er niets boven een tapje. Zo’n gul glas met een voluptueuze schuimkraag en wat condens druppeltjes aan het glas. Waar je dan zo induikt en er met een schuimsnor weer uit opduikt. Niks mis met een flesje, maar de echte liefhebber prefereert toch de tap. Wie tijdens een bergwandeling wel eens aan een bron gedronken heeft, kan dat beamen: het duurt daarna even voor je kraan- of flessenwater weer weet te waarderen. Een vriendin, die enkele jaren in Afrika had doorgebracht, vertelde dat ze na terugkomst jaren geen ananas of mango had gegeten vanwege de verregaande smakeloosheid van de geïmporteerde vruchten in vergelijking met die welke ze (min of meer) zelf van de bron oogstte.
Onderzoek door Li et al (2012) laat zien dat vers van de bron ook voor borstvoeding het beste is. Zij wogen een kleine 1900 kinderen enkele keren gedurende hun eerste levensjaar en lieten hun moeders vragenlijsten invullen over de soort voeding en hoe de kinderen werden gevoed. De onderzoekers namen het direct aan de borst drinken als uitgangspunt, als de biologische norm, waarmee alle andere manieren van voeden werden vergeleken. Dat betekent dat zij er, terecht, van uitgaan dat drinken aan de borst zal leiden tot normale groeipatronen voor kinderen in hun eerste levensjaar. Deze normale groeipatronen zijn door de WHO diepgaand onderzocht en in kaart gebracht (WHO, 2009). Li c.s. vonden dat kinderen die moedermelk per fles kregen sneller groeien dan kinderen die volledig aan de borst drinken; hoe groter het aandeel moedermelk per fles, hoe meer de kinderen in gewicht toenamen. Gemiddelde extra gewichtstoename was voor kinderen die moedermelk per fles kregen ruim 70 gram per maand en voor kinderen die uitsluitend kunstvoeding kregen (uiteraard ook per fles) bijna 90 gram.
Eerdere onderzoeken hadden al aangetoond dat snellere gewichtstoename in het eerste jaar een risicofactor is voor overgewicht en obesitas later als kind en als volwassene. Het onderzoek van Li lijkt aan te tonen dat het eerder het hele proces en complex van borstvoeding is dat zorgt voor optimale groei en het laag houden van overgewicht risico’s, dan dat het om enkel de melksoort gaat. Het is nog niet duidelijk of de snellere groei door moedermelk per fles ook in dezelfde mate een risicofactor voor obesitas is als snellere groei op kunstvoeding. Om dit duidelijk te krijgen zouden de kinderen uit dit onderzoek moeten worden gevolg terwijl ze opgroeien.
Naarmate kinderen ouder worden en meer ander voedsel dan alleen of voornamelijk melk komen er ook meer factoren die het gewicht beïnvloeden. Het wordt dan steeds moeilijker om nu precies aan te wijzen waar eventuele variaties in gewichtsevolutie door worden veroorzaakt. Om al die beïnvloedende factoren goed te kunnen duiden zou de onderzoeksgroep veel groter moeten zijn dan de oorspronkelijke kleine 2000. Wellicht dat met de gegevens van de regelmatige terugkerende onderzoeken over zuigelingenvoeding van TNO in combinatie met de groeigegevens die door het CBS worden bijgehouden iets te doen is om een langlopend onderzoek in deze richting op te zetten.
Vooralsnog kan op basis van het onderzoek van Li veilig worden gesteld dat borstvoeding recht van de tap de veiligste optie is. Wanneer het door omstandigheden nodig is toch moedermelkvoeding te geven, zou er meer aandacht moeten zijn voor de manier van voeden en de honger- en verzadigingssignalen van het kind*.
Ruowei Li; Joselito Magadia; Sara B. Fein; Laurence M. Grummer-Strawn: Risk of Bottle-feeding for Rapid Weight Gain During the First Year of Life. Arch Pediatr Adolesc Med. 2012;166(5):431-436.
WHO Child Growth Standards: Methods and development. Growth velocity based on weight, length and head circumference. Geneva: World Health Organization, 2009.
*) Eurolac Flits! Voeding over een manier om op een veilige manier flesvoeding te geven.
Eurolac Flits! met label flesvoeding, kunstvoeding, WHO, groei, groeistandaarden, obesitas, overgewicht