Vandaag gun ik u een kijkje op een hoek van mijn bureau (vanwege de datum is kans immers groot dat u meer serieuze verhalen toch maar afdoet als een grap). Een boekenhoek op mijn bureau om precies te zijn. een klein beetje in scene gezet, inderdaad, want ik heb de boeken en tijdschriften die op dit moment over mijn bureau verspreid liggen even kunstzinnig gearrangeerd naast mijn laptop. Ik wilde u namelijk de rest van het papierwerk besparen. Tegendraads als ik ben begin ik linksonder en voer u tegen de wijzers van de klok in langs de informatiedragers op mijn bureau.
Rechtsonder ligt dat onooglijke, kleine rode boekje. Dat is het boekje waar de moeilijke woorden in staan die gaan over het menselijk lichaam, zijn functioneren en falen. ‘’M.B. Coelho’s Praktisch Verklarend Zakwoordenboek der Geneeskunde; geheel opnieuw bewerkt door G. Kloosterhuis, arts; bevattende de meeste in de geneeskunde voorkomende uitheemse en Nederlandse woorden, uitdrukkingen, afkortingen, enz.; negentiende druk; 1977; Van goor Zonen.’’ Kostelijke lectuur die een dieper inzicht in de opbouw van het Potjeslatijn. Mijn steun en toeverlaat als mensen komen met vragen over ziekten met namen die net zo goed in Mandarijn of Timboektaans geschreven zouden kunnen zijn. De reden waarom mijn certificerende organisatie vind dat lactatiekundigen-in-spe allemaal een (para-)medische beroepsachtergrond moeten hebben. Niet nodig. Staat allemaal in woordenboeken en medische atlassen. En als het daar niet in staat hebben we altijd nog Wikipedia. Borstvoeding is namelijk niks medisch en dat moeten we er ook niet van willen maken om onszelf op hoger plan te brengen. Mijn achtergrond is leraar en persoonlijk vind ik dat veel nuttiger wanneer je mensen wilt leren hoe borstvoeding en kindertjes werken.
Rechts daarvan een andere bijbel: Medications and Mother’s MIlk van Thomas Hale. Dat is een van de bronnen, de belangrijkste, waar ik mijn informatie uit haal over het gebruik van medicijnen tijdens de borstvoeding periode. Onmisbaar en, duidelijk afleesbaar aan de ezelsoren, intensief gebruikt. Dit is verie 2010, ik hoop dat versie 2012 er snel zal zijn. Wat niet zichtbaar is op de foto, is dat dit boekje 5cm dik is, bij een breedte van 11cm. Het bevat ruim 1200 pagina’s wijsheid.
Van een geheel ander kaliber is het boekje ernaast: ‘’Als mijn moeder een vogelbekdier was’’, geschreven door Dia L. Michels, geïllustreerd door Andrew Bartheles en vertaald door mijn zeer gewaardeerde collega Marianne Vanderveen-Kolkena IBCLC. Een beschrijving van de geboorte en babytijd van 13 zoogdieren plus de mens. Illustratief, informatief en onderhoudend voor kinderen die meer willen weten. Het ligt op mijn bureau omdat ik het gisteren liet zien aan mijn dochter die in de kinderopvang werkt en die opmerkte dat ze geen enkele baby of peuter in haar groepen sinds ze er werkt afgekolfde moedermelk heeft gegeven en dat de kinderen dus ook op geen enkele manier in aanraking komen met het zien van de natuurlijke manier van voeden van mensenkinderen.
Het vogelbekdier ligt op een boek dat nog ik nog maar net heb: Supporting Sucking Skills in Breastfeeding Infants door Catherine Watson Genna. Een boek vol met de anatomie, fysiologie en pathologie van het drinken aan de borst. Een. Heel. Boek. Vol. Cathy WG heeft ontzettend veel tijd en energie gestoken in het verzamelen van multidisciplinaire kennis over het drinken van kinderen aan de borst. Wat er over borstdrinken en problemen daarbij niet in dit boek te vinden is, is de moeite van het opzoeken niet waard.
De cirkel wordt gesloten met een paar tijdschriften: twee van de borstvoedingorganisaties en Nataal, een blad voor zorgverleners rondom baring en kraambed, bol van de reclame, zwaar gesponsord, maar veel gelezen door zorgprofessionals. Daarom lees ik het ook: ik wil weten welke info zij krijgen en aan welke advertenties ze blootstaan. Kan erg verhelderend zijn. Bova en BN zijn de tijdschriften van respectievelijk Borstvoedingorganisatie LLL en Vereniging Borstvoeding Natuurlijk. van de ene ben ik donateur en van de andere lid. Van de eerste was ik tegen de 25 jaar leidster en voor de andere heb ik wel bijgedragen aan scholingen. De tijdschriften zijn vooral bedoeld voor leden/donateurs en voor moeders en jonge gezinnen. Ervaringsverhalen en wetenschappelijk onderbouwde kennis wisselen elkaar af, het geheel op smaak gebracht met mooie illustraties en luchtige noten. Aanbevolen leesvoer voor (aanstaande) ouders, maar zeker ook voor zorgverleners. Er staat ook voor de doorsnee zorgverlener veel wetenswaardigs in, maar het is ook goed een blad voor moeders te lezen, om dezelfde reden dat ik Nataal lees: weten wat anderen lezen en leren helpt je om op dezelfde bladzijde te blijven als je elkaar tegenkomt en moet samenwerken of zorg verlenen.