Foto: Silas Weir Mitchell als weerwolf (''Blutbaden'') Monroe in Grimm (2011– ): een beminnelijk, vredelievend mens, maar als hij wordt aangevallen verandert hij in een bloeddorstig monster
Dan denk je een stevig stuk te schrijven en een flinke knuppel in een hoenderhok te smijten, en dan krijg je alleen maar positieve reacties. Eén van de reacties die ik kreeg was: ‘’Mamma zei vroeger altijd al dat alles wat voor ‘t woordje maar stond of werd gezegd niks meer waard is. Bij "maar" hadden we de discussie al verloren en de excuses teniet gedaan. "Maar" maakt van eigenlijk elke uitspraak een leugen.’’ Nu is het niet zo vreemd dat ik het hier helemaal mee eens ben, want voornoemde mamma is mijn zus. Maar ook van niet-familie kwam tot nu toe enkel positiefs. Dan zit ik altijd gelijk te denken: zijn ze het nu allemaal zo met me eens, of durft niemand een negatief commentaar te geven? Zouden ze bang zijn dat ik in een bloeddorstig monster verander en ze zal verscheuren bij een afkeurende blik? Of ben ik zelf minder bedreigend dan ik dacht, dat kan natuurlijk ook. Hoe dan ook, voldoende reden, alles bij elkaar, om nog eens verder te denken over voorwaarden en bedenkingen bij beslissingen. Vandaag ‘’als’’, ‘wat als’ en ‘als dat maar goed gaat’.
‘’Ik ga borstvoeding geven. Als het lukt.’’ Een overduidelijk slag om de arm, een vooruitgeschoven kat in een boom op de uitkijk en een afwachten of de weerman vriezen of dooien aankondigt. Een voornemen op deze manier geformuleerd gaat uit van de zeer voor de hand liggende mogelijkheid dat het niet zal lukken. Mijn wijze Grootmoe maakte ook afspraken onder voorbehoud: ‘’Bij leven en welzijn’’ en ‘’IJs en weder dienende’’ zou ze haar afspraak nakomen. Dat is geen verwachting van eigen falen, maar een rekening houden met omstandigheden en overmacht. ‘’Als het lukt’’ is wel een verwachting van eigen falen. Door ervan uit te gaan dat er een gerede kans is dat iets niet lukt, vergroot je de kans dat die mogelijkheid een zekerheid wordt. De grootste kans op succesvol uitvoeren van voornemens is een positief voornemen uitspreken; de grootste kans om te falen is de verwachting uit te spreken dat je zal falen. De mens is nu eenmaal geneigd aan zijn eigen verwachtingen te voldoen.
Vast verbonden aan die positieve formulering van een voornemen hoort natuurlijk ook het uitvoeren van voorwerk. Onderzoeken, informatie vergaren, voorbereiden, zodat je weet waar je aan gaat beginnen, hoe het in elkaar steekt en hoe het werkt. Ook back-up plannen horen daarbij: bij wie kan ik terecht voor meer informatie, antwoorden op vragen en praktische ondersteuning als zich onvoorziene omstandigheden voordoen. Kennis is macht, macht om je eigen voornemens uit te voeren en afspraken met jezelf na te komen. Bij leven en welzijn, natuurlijk, en ijs en weder dienende.
‘’Ik wil wel borstvoeding geven, maar wat nu als het niet lukt?’’ Een overduidelijke ontsnappingsclausule van het type ‘’aan mij kan het niet liggen’’. Debet hieraan is het maatschappelijk bepaalde idee dat borstvoeding geven een zeer ingewikkelde aangelegenheid is, een soort Russische roulette, waar je als uitvoerder maar bar weinig invloed op hebt. Dat idee wordt versterkt door de onrealistische verwachtingen in onze samenleving aangaande normaal gedrag voor zuigelingen en het idee dat het soort voeding bepaalt hoeveel en wanneer een kind moet eten en slapen. Maar ook hier weer is het inbouwen van die ontsnappingsclausule juist het vergroten van de mogelijkheid dat het inderdaad fout gaat. En ook hier weer geldt: Kennis is macht, macht om je eigen voornemens uit te voeren en afspraken met jezelf na te komen. Bij leven en welzijn, natuurlijk, en ijs en weder dienende.
Het feit, en het weten, dat er van alles fout kan gaan tijdens een zwangerschap is maar voor heel weinig mensen een reden om er maar niet aan te beginnen. Het weten of vermoeden dat er van alles fout kan gaan, en waarschijnlijk zal gaan, is voor velen wel een reden om maar niet aan borstvoeding te beginnen, of alleen met vele slagen om de arm en ingebouwde ontsnappingsclausules. De houding van de mensen om de moeder heen is ook vaak een van ‘’als dat maar goed gaat’’. Niet alleen moeders hebben meer vertrouwen in hun eigen lijf en hun eigen vermogen om te weten hoe ze hun kind moeten zogen ervoor zorgen, de mensen om haar heen hebben dat ook niet. En het idee dat het kind wellicht iets in te brengen kan hebben wordt als volslagen fantasie gezien. En met zo’n houding om mee te beginnen hoef je niet verbaasd te zijn dat het inderdaad heel vaak niet goed gaat. Het wordt tijd dat we en masse onze voorstellingen, verwachtingen en ideeën gaan bijstellen. Dat we over borstvoeding geven hetzelfde gaan denken als over alle andere normale menselijke lichamelijke functies. Die doen het gewoon, dat doe je gewoon. Bij leven en welzijn, ijs en weder dienende.
Eurolac Flits! met label of zoekterm voorbereiden, verwachtingen, smoes. Deze links leiden elk naar een lijst met blogs met dit label, klik op de plaatjes in de linkerzijbalk voor meer verhaaltjes.